Ik heb in het afgelopen weekend eens geprobeerd om een bijzondere whippet uit de historie van ons ras tot leven te roepen, aan de hand van de kleine beetjes informatie die ik in de afgelopen jaren over hem bij elkaar heb kunnen sprokkelen. Het gaat om de whippetreu Zuber.
Zuber was een bruin met witte whippetreu, geboren op 12 april 1889. Twee jaar na zijn geboorte werd de whippet als officieel ras erkend en het rasstamboek door de Engelse Kennel Club gestart. Zuber werd samen met vier andere whippets als eerste geregistreerd in dat stamboek.
Wat nu zo bijzonder is aan Zuber, is dat je hem terug vindt in de stamboom van iedere whippet, wereldwijd, ongeacht of deze uit ren- of showlijnen is geboren.
Zuber was namelijk de allereerste showkampioen uit de historie van het whippetstamboek. En net zoals dat nu nog gebeurt wanneer een reu succesvol is, was hij populair bij de dames, met als gevolg dat hij nu, 123 jaar na zijn geboorte, zeer prominent aanwezig is in de whippetgenenpool. Bij iedere whippet vinden we Zuber zo’n 25 generaties eerder in de reuenlijn en zo’n 30 generaties eerder in de tevenlijn.
Interessant hieraan is trouwens, dat we hierdoor kunnen berekenen hoeveel jaren een whippetgeneratie gemiddeld telt: de leeftijd van whippetouders in de achterliggende periode van het stamboek was gemiddeld bijna 5 jaar voor de vaderhond en iets meer dan 4 jaar voor de moederhond.
Zuber’s moeder Herndell en vader White Eye hadden beiden Charlie als vader, dus Zuber kwam uit een half broer / half zus combinatie. Dit soort combinaties zijn in ons huidige fokreglement niet meer toegestaan, maar ze werden in de historie van ieder ras, en dus ook van de whippet, vaak toegepast, om het rastype en allerlei andere gewenste kwaliteiten vast te leggen.
Zuber’s moeder Herndell was beige met wit en zijn vader White Eye was pikzwart met één wit oog. White Eye was een beroemde renhond, onverslaanbaar op de toen gebruikelijke afstand van 200 yards (182 meter), die hij in 1888 in 12 seconden liep. White Eye’s snelheid was dus 54,6 kilometer per uur. In die tijd waren er nog geen ovale renbanen, er werd gerend over een recht traject. Bochten lopen kost een hond snelheid, dus we kunnen White Eye’s prestaties niet goed vergelijken met de prestaties die we tegenwoordig op de baan zien. In ieder geval was zijn 54,6 kilometer niet toereikend voor de huidige A-klasse. Maar in de B-klasse had hij vast goed mee kunnen komen, en de C-klasse had hij kunnen winnen.
Zuber’s nestbroer Paleface was ook bruin met wit; dus het particolor (bruin/wit, beige/wit, rood/wit, zwart/wit) overheerste in zijn familie. Wij weten over Zuber dat hij voor het eerst meedeed aan de Engelse Crufts tentoonstelling in 1891. In de Crufts catalogus van 1894 heeft zijn fokker en eigenaar Herbert Vickers uit Nottingham een advertentie van Zuber geplaatst, met een mooie tekening van zijn inmiddels succesvol geworden hond:
“Zuber is een plaatje van een hond, met een warme bruine kleur, witte voeten en voorborst, een donkere voorsnuit, en een opvallend fijne vacht – niet grof zoals de meeste whippets – zijn gewicht is 21 ½ pond (9,75 kilo)”
Je zal maar whippeteigenaar zijn geweest in die tijd, zo’n advertentietekst die andermans whippets afkraakt zal niet echt in goede aarde zijn gevallen!
In die tijd was 47 cm voor reuen een ideale hoogte in de rasstandaard en 9 ½ kilo een ideaal gewicht. White Eye en zijn zoon Zuber wogen allebei 9,7 kilo en zullen ruim 47 cm hoog zijn geweest. Zij waren voor die tijd dus van ideale hoogte. Volgens onze huidige rasstandaard (47-51 cm voor reuen) zouden zij voor kleine reutjes doorgaan.
We kunnen in de eerste catalogi van de Crufts tentoonstelling zien, dat veel honden te koop waren; hun prijs stond dan netjes achter hun naam vermeld. In de catalogus van 1891 wordt voor Zuber bijvoorbeeld 250 pond gevraagd; een prijs die je kunt vergelijken met enkele modale maandlonen van nu. We kunnen aan de hand van deze prijs concluderen dat Zuber iets bijzonders is geweest; de meeste andere whippets worden in diezelfde catalogus te koop aangeboden voor slechts 5 of 10 pond. Voor zover wij weten is Zuber nooit verkocht geweest.
Zuber’s zoon Enterprise werd – ook al had hij prikoortjes – net als vader een waardevolle showkampioen, en hij kon daarnaast kennelijk ook zijn mannetje staan bij het racen. In de Dog Owner’s Annual van 1898 staat over hem geschreven:
“Enterprise is een wit met brindle reu, met een zwarte voorsnuit, en een ideaalgewicht voor een reu van 20 ½ pond (9,3 kilo). Met zijn prachtige bouw, opmerkelijke spierontwikkeling, schitterend hoofd, lichaam, benen, voeten, perfecte welving over de rug, diepte van borst en geweldig krachtige achterhand is hij al met al een zeer rastypisch exemplaar, en wordt op dit moment beschouwd als de beste reu in Engeland. Hij heeft een opmerkelijk mooie showcarrière achter de rug, met 40 prijzen, 4 kampioensprijzen op de grote tentoonstellingen in Engeland. Hij is perfect getraind voor het racen en van zijn beroemde opa White Eye heeft hij de opmerkelijke snelheid en competetiedrang geërfd, die hij op elke race laat zien. Op de Crufts tentoonstelling van 1897 werd hij tweede in de open klas reuen, en bij zijn inschrijving stond vermeld: 30 eerste plaatsen en kampioensprijzen van de Kennel Club, prijs 250 britse ponden”.
Schilderij van Ch. Enterprise en zijn vader Ch. Zuber, door William Turner
Vind je ook het leuk om je eigen whippet’s voorouders helemaal tot aan Zuber te bekijken? Dat kan op TWA, www.thewhippetarchives.net . Pak de stamboom van je whippet erbij en zoek hem/haar of zijn of haar vader of moeder op door bij “search dogs” de stamboomnaam of een deel ervan in te tikken. De kans is groot dat hij/zij of één of beide ouders aanwezig zijn in TWA. Klik de ouderhond aan, zodat je zijn/haar pagina te zien krijgt. Onderaan de pagina van de hond vindt je diens stamboom, met foto’s van drie generaties voorouders. Verander links erboven het aantal generaties van 3 naar 9. Kies dan uit de vroegste generatie één hond, en vraag op diens pagina opnieuw om 9 generaties in de stamboom. Doe dat vervolgens nog één keer, en je krijgt de allereerste whippet in de hele stamboom te zien. Gegarandeerd zit Zuber erbij!
Monique Post, augustus 2012
Bronnen:
- Boekje “Showkampioenen van Zuber to 1960”
- Boekje “The whippet or race dog”
- Database “The Whippet Archives”
- Crufts catalogi 1891 – 1897
Met dank aan fam. Waijers voor de informatie over het hedendaagse baanrennen.
Mooi verslag!
Wanneer ik ga kijken in de stamboom van Hydra, dan zie ik veel verschillende eindstadia. Zuber staat er ook wel tussen, maar er zijn er veel anderen ook.
Maar Zuber staat er aan het einde echt wel veel keren tussen, ook bij Hydra; en logisch, want ook bij Hydra kom je alle bekende Engelse whippets tegen in de stamboom, die Zuber erachter hebben zitten. Hydra’s stamboom is helaas maar tot 8 generaties echt compleet, dus er mist nog een en ander voor de max. berekeningen van COI en ancestor loss. Die ancestor loss is bij whippets met een langere complete stamboom schrikbarend hoog, zelfs al bij 10 generaties zie je tussen de 60% en 80%. Een 80% ancestor loss betekent dat een hond maar 408 voorouders heeft terwijl het er 2046 hadden kunnen zijn bij totaal onverwante combinaties. Bij 25 generaties… is de ancestor loss tussen 90% en 100%. Dat kun je niet zien op TWA, maar ik heb het ooit getest op een pedigree database die er is voor greyhounds.
Jee, wat leuk, en wat enorm educatief voor de echte whippetliefhebber, Monique, maar daar blink je altijd al in uit, chapeau, meissie!
Als ik zo eens naar Zuber kijk, maken mijn twee sterretjes, Donna en Truffel, geen kans. Maar Maggie daarentegen..zou een dochter van hem kunnen zijn. Maggie’s maat, onder 47 cm, is wellicht voor die tijd wat te hoog, maar ze zou een ware vertegenwoordiger van het ras kunnen zijn, zowel qua show als qua rennen. (Maggie zou qua tijden, in haar jongere jaren, volmaakt in de B-klasse meegekund hebben.) Zo zie je toch de evaluatie van een ras. Nu haalt ze niet minder, en niet meer, dan een ZG.
Wat mij blij maakt aan de foto van Zuber is het volgende. Ik vermoed dat de stamboom op die honden is opgesteld. Dat de fokkers/km’s maar eens kijken naar de vorm vd rug en de hoeking in de achterpoten. 😉 Van een dubbele S niet veel te zien.
De foto van Zuber is niet goed van opzij genomen maar laat inderdaad weinig S-curve zien. De tekeningen van hem en zijn zoon des te meer. Ik vermoed dat ze hen in de tekeningen nog mooier hebben willen maken dan ze waren – en zo te zien vonden ze wat meer curves wel op z’n plaats. De rasstandaard beschreef dan ook in die tijd al dat de borstkas “zeer diep en bijna tot de elbogen reikend” moest zijn. Daarnaast moest er een lichte welving over de lendenen zijn. Die twee dingen samen, in combinatie met een niet overdreven lange rug, geven de S-curve….
We zouden ze moeten kunnen terughalen en eens in de ring naast de showhonden zettten … Ik vrees dat ze die zg niet eens meer halen onder vele keurmeesters 😉
Het rennen daarentegen zullen ze best nog goed doen waarmee je zou kunnen besluiten dat de renhond toch dichter aanleunt tegen zijn voorvaderen dan de showhond.
Wat ook de logica zelve is, vermits die nog min of meer gebruikt en gefokt worden zoals hun voorvaderen.
Ik denk het ook Tinne, en Annemarie, beslist komt Maggie dichter bij die vroege whippets dan Donna, Truffel, en al onze honden. Het is echt niet nodig om te willen vasthouden aan die eerste whippets, waartussen nog erg veel verscheidenheid was – en er liepen trouwens ook nog Italiaantjes rond die bijna de maat van whippets hadden, wat het typische Italianengangwerk bij sommige whippets in die tijd zou kunnen verklaren – maar voordat we roepen dat een whippet niet aan de rasstandaard voldoet omdat hij niet op de moderne showwhippet lijkt moeten we ons maar eens even achter de oren krabben. Die rasstandaard is sinds Zuber inhoudelijk nauwelijks veranderd, alleen maar uitgebreid qua beschrijving….
en vooral interpretatie. 😉
Nou Filip, in die tijd werd er nét zo verschillend geinterpreteerd als nu hoor, door fokkers en door keurmeesters……
Heel leuk en interessant stuk, Monique. Ik vind eigenlijk deze eerste whippets, vooral Enterprise (ondanks zijn prikoortjes) heel erg mooi. Precies eruitzien waar ze voor gefokt zijn n.l. hazen/konijnenjacht en wat hebben ze daar voor nodig: een mooi gespierd lichaam (voor de snelheid) en een sterke nek (om de prooi dood te schudden) en voor de rest is het eigenlijk bijzaak.
Ja, ik weet het, ik ben maar een leek maar ik wilde het toch even zeggen.
Nou Noor, als ik je reactie lees dan heb je er wel kijk op ;>)
Hahaha, ik ga bijna blozen.
Annemarie, bij nader inzien hebben wij ook zo’n ” Zuber hondje”; Isis komt net als Maggie uit een combinatie van ren- en showlijnen, en is 45 cm. Dezelfde instelling en motoriek als Maggie heeft ze. Het grappige aan Isis was, dat zij van dichtbij een beetje als een propje oogde, maar eenmaal in de showring zag het er best elegant uit. Mijn moeder showde haar een aantal jaren steevast op de NWC kampioensclubmatch, en altijd werd zij geplaatst, ongeacht de keurmeester.
Monique, dat de stamboom niet volledig is, is geen toeval denk ik. 😉
Die tekeningen geven een heel verkeerd beeld. Daar mag je je niet op baseren vind ik.
Ik ben het met je eens Filip; de tekeningen en de foto stemmen niet erg overeen. De foto is de werkelijkheid, maar die tekeningen geven juist wel een beetje aan wat het ideaalbeeld was in die tijd. En als ik naar de foto’s uit die tijd kijk, dan hadden de meeste whippets juist wel die S-curve in die vroege tijd. Het Engelse kampioenenboekje “van Zuber tot 1960” laat foto’s zien van alle kampioenen in die periode; sommigen zouden nu niet meer dan een G scoren, anderen zien er veel moderner uit. Als ik dat boekje weer tegen kom op Crufts, neem ik het voor je mee! Heel interessant en leerzaam, al die oude foto’s.
Ongetwijfeld. Jij kent er veel meer van dan ik, maar ik vind dat S-gedoe niet mooi. et staat ook niet in de standaard en het is een woord dat nu meer en meer gebruikt wordt door fokkers en km’s van showhonden.
Op die manier gaat dat woord en dat beeld weer een eigen leven leiden en sluipt er bouw in de whippet die nergens bescheven staat, maar veel uitgelegd door kenners. 😉
Ik snap dat wel, want je hebt een doel nodig om naar te fokken. Anders blijft het hetzelfde en dat is zogezegd stilstaan.
Nu, mij niet gelaten hoor, 😉
Ik ga eens proberen om enkele eindfases te noteren. 🙂 Maar in welke mate kloppen die stambomen?
Ik heb nu net 10 min gekeken en zit toch al aan 23 verschillende beginhonden. Natuurlijk, hoe dichter je naar de oosprong gaat, hoe meer inteelt, omdat ze toen hebben zitten selecteren en omdat er enkele grote lichten bepaald hebben welk type een whippet zou worden. Zodoende is er een zeeer grote genenpool uitgesloten uit het ‘ras’. Of moet ik zeggen , bepaald type kruising?
Het is heel vreemd om te zien hoe iedereen maar die standaard als evengelie blijft beschouwen. Het waren enkele mensen die louter door willekeur een type hond gekozen hebben. En aan die mens zijn mening blijft iedereen zich maar vastklampen.
Nee hoor, het waren niet enkele mensen die eens eventjes bepaalden hoe een whippet eruit zag en wie er mee mochten doen en wie niet; net als nu waren fokkers gewoon met hun eigen ding bezig. Wel is het een feit dat met name veel renmensen de moeite niet namen om hun whippet in het stamboek te laten noteren; zij wilden gewoon racen met hun hondjes. Er waren dan ook veel whippets met UNR (unregistered), die daardoor helemaal in de vergetelheid zijn geraakt.
De S-curve staat niet woordelijk genoemd in de rasstandaard, maar hij staat wel beschreven – in de vorm van een beschrijving van de onder- en bovenbelijning. Beiden maken een S-curve, mits de hond de gewenste welving over de lendenen laat zien. Die curve is echt typisch voor de whippet en onderscheidt hem van bijna alle ander hondenrassen (Bedlington heeft ook een welving).. .
Een rasstandaard is nu eenmaal nodig om het ras te beschrijven op een manier die het onderscheidt van andere rassen; op die manier kan een border collie die net zo snel is als een whippet niet voor whippet worden versleten! Snelheid alleen maakt de whippet namelijk niet.
Je kent mij hé, een whippet die trager is dan een bc is imo geen whippet meer. Die ziet er dan mssn zo uit, maar is het imo absoluut niet. 😉
Die UNR (wist niet wat het was) vind ik idd regelmatig terug. Niet slecht qua bloed denk ik. In de UK wordt nog steeds veel gekruist. Het zou leuk zijn mochten mensen die via rish-stamboom binnen het stamboek brengen.
Maar dat wordt nu onmogelijk gemaakt met de 3x ZG verplichting voor zulke honden.
Als ik het zo bekijk lijkt Hydra wel veel op Zuber. de rug, de achterpoten…
Ik merk op flyball dat de kynologie het begrip rashond zeer dringend gaan moeten herzien, zeker de selectie van hun rashonden (liever gisteren dan vandaag), want het is triestig gesteld hoor…
Monique, je zegt dat de ancestor loss heel hoog is. Ik heb het bij sommige ook al gemerkt, maar wat doe je daaraan? Indien je geen verwante oudes neemt, dan gok je en dat willen de meeste fokkers niet.
Hoe los je zoiets op?
Die hoge ancestor loss geeft aan, dat in de verte alle ouders sowieso verwant zijn – en dat klopt ook, o.a. via Zuber immers. Ik denk dat in onze landen maar weinig fokkers continu in één lijn blijven zitten, meestal stappen ze regelmatig even uit. Ik zie daar eigenlijk geen problemen mee; een heleboel lijnen naast elkaar hebben in een populatie heeft ook voordelen. Vervelender voor het ras zijn naar mijn idee de “popular sires”. Als iedereen naar dezelfde paar reuen holt versmalt de genenpool op nog sneller tempo dan al gebeurt.
Daar ben ik het 100% mee eens. Maar het voordeel als fokker is wel dat je weet wat die reuen voortbrengen. Tenminste, dat hoor ik toch overal.Ik ben ook voo meer spreiding, desnoods in het inbrengen van nieuw bloed, maar dat is ketterij. 🙂
En het feit dat renlijnen en showlijnen tot op heden maar zelden worden gemengd kan in de toekomst gunstig voor ons ras uitpakken!
Leuk dat je dit nog eens gedeeld hebt Monique, erg interessant!